Startpunt: Parkeerplaats Landgoed Mookerheide, Heumensebaan 2, Molenhoek
Bij Limburg denk je al snel aan het heuvelachtige zuiden. Ook in Noord-Limburg gaat het aardig bergop en -af. Wij trokken de wandelschoenen aan voor een stevige voorjaarswandeling door stille bossen, langs weidse uitzichten en historisch groen.
De hoge heuvels van Noord-Limburg -de hoogste top haalt ongeveer 80 meter- stammen uit de IJstijd. Enorme gletsjers duwden letterlijk bergen zand en stenen voor zich uit. Nadat het ijs zich weer terugtrok bleven deze zogenaamde stuwwallen achter in het landschap. Geleidelijk raakten de heuvels begroeid met bos, totdat de mens het bos te intensief benutte. De opgestuwde bodem bevat weinig voedingsstoffen, waardoor het bos degradeerde tot heide.
Jachtslot
In 1878 kocht een schatrijke Amsterdamse koopman Luden een grote lap vruchtbare grond in de uiterwaarden nabij het dorp Heumen. Aan het begin van de twintigste eeuw erfde de zoon Jan Jacob het gebied. Luden kocht dit stuk grond niet zomaar. Bij de grond hoorden zogenaamde heerlijkheidsrechten. Vooral het recht om te mogen jagen was daarbij aantrekkelijk. Dit zorgde voor de nodige spanningen met de burgemeester die zelf over de rechten op dat gebied meende te beschikken. Om de burgemeester de ogen uit te steken, verwierf Jan Jacob Luden gronden op de stuwwal en bouwde er in 1903 op het hoogste punt een jachtslot. Luden keek zo neer over een groot deel van de gemeente. Jachtslot Mookerheide is één van de twee jachtsloten van Nederland. Het andere jachtslot bevindt zich op de Hoge Veluwe.
Jugendstil
Bij een jachtslot denk je al snel aan een klassiek kasteel. Hoe anders is het Jachtslot Mookerheide? Stoer, maar ook imponerend en zelfs wat intimiderend pronkt het witte gebouw bovenop de heuvel. Het gebouw is opgetrokken in Jugendstil-stijl, uniek voor Nederland. Ondanks de verschillende functies (wonen, klooster en een luxe hotel) bleven belangrijke delen van het Jugendstil-interieur gespaard. Vooral de centrale hal is indrukwekkend. Een houten, gebeeldhouwde trap leidt je naar een groots glas-in-loodvenster waar Hubertus, de beschermheilige van de jacht, in het licht pronkt. Het jachtslot staat al enkele jaren leeg en kun je daarom alleen tijdens excursies bezoeken, een aanrader!
Landgoed
Rond het jachtslot legde Luden een 160 hectare groot landgoed aan. De heide transformeerde tot een gevarieerd bos met weiden en een ommuurde nutstuin, compleet met een drietal kassen. Toen Natuurmonumenten het landgoed in 1985 verwierf was er van een landgoed nauwelijks meer sprake. Enkele jaren geleden restaureerden we twee kassen. Vrijwilligers onderhouden de tuin en kweken er groenten en fruit die je kunt kopen. Ook is er een pluktuin waar je zelf een bos bloemen mag samenstellen.
Met de lente is er volop activiteit. In de kassen zie je overal gezaaide plantjes en ook in de kweekbakken steken de eerste frisgroene blaadjes boven de zwarte grond uit. Het landgoed biedt meer bijzonders. Je zou bijna achteloos langs diverse stoere eiken lopen. Het zijn zogenaamde boomboeketten. Men plantte meerdere bomen in één plantgat. Hierdoor lijkt het alsof er een eeuwenoude (hakhout)boom staat, een bijzonder stijlkenmerk van de Engelse landschapsarchitectuur.
Van grenswal tot schans
Kort na het verlaten van het landgoed wandel je over de heide. Zie je die bomenrij daar rechts? Dat is de grens met Gelderland, ofwel het meest noordelijke stukje Limburg. Een wilg geeft met de zachtgele katjes kleur aan het verder nog bruine landschap. Een aarden wal, omgeven door een gracht, verraadt op het volgende heideveld de aanwezigheid van de Heumense Schans. Dit verdedigingswerk verrees in de tweede helft van de zeventiende eeuw. Ineens klinkt er geritsel. Zandhagedis! Laten we even geduldig wachten. Nieuwsgierigheid overwint snel de angst. Bovendien zijn de diertjes erg honkvast. Nog geen vijf minuten later verschijnt heel voorzichtig een kopje tussen de heide. Het blijkt een mannetje. Zij kleuren in deze periode van het jaar prachtig groen. Op weer een volgend heideveld ligt de Mookerschans. Vanaf de aanwezige uitkijktoren kun je goed zien hoe dit verdedigingswerk eruitziet: een vierkant met op de hoeken bastions. Een roodborsttapuit gebruikt een brem als uitkijkpunt, terwijl vanuit de hoogte het onophoudelijke deuntje van de verder onzichtbare veldleeuwerik klinkt.
Mookerheide
Na het nodige inspannende klim- en daalwerk sta je ineens aan de rand van de grote Mookerheide. De aanwezige bankjes komen als geroepen. Het uitzicht is adembenemend, waardoor je de inspanning meteen vergeet. In de diepte zoekt het water via de Maas traag zijn weg richting laag-Nederland. Aan de overzijde pronken de ranke torens van de Sint Martinuskerk van Cuijk. Vandaag is het typisch maarts weer. Het ene moment schijnt de zon vriendelijk, het volgende moment trekken donkere wolken voorbij. Vanuit de hoogte zie je zo het prachtige spel van licht dat rustig over het landschap glijdt en zo plekjes even in de spotlight zet. Hoewel het verleidelijk is om bovenlangs te blijven lopen, kiezen we voor een smal paadje. Ineens verschijnen diverse imposante eiken. Geen boomboeketten deze keer, maar werkelijk stokoude bomen.
Zevendal
Waande je je zojuist nog op de Veluwe, nu begint het landschap toch echt steeds sterker op Zuid-Limburg te lijken. De wandeling voert door een holle weg, waarvan de flanken haast eindeloos lijken op te reizen. Eenmaal uit het bos is de gelijkenis met het diepe zuiden nog treffender. Het heuvelachtige landschap van het Zevendal met graslanden en hagen, compleet met schapen, strekt zich voor je uit. Lente en winter begeleiden je de gehele wandeling. Het frisse groen van de eerste meidoorn- en vlierblaadjes contrasteert lekker met het oranjebruine blad van een beuk. Zeker in het tegenlicht lijken alle blaadjes wel licht te geven. Dat geldt zeker ook voor het speenkruid langs het pad. De eerste gele sterretjes stralen je tegemoet, terwijl een brommende hommel voor je uitvliegt. Het geroffel van een specht maakt de zintuiglijke beleving compleet, de lente is begonnen!
Deze route is eerder gepubliceerd in Roots Magazine.